‘KEMPO’ is een Japanse term die men gebruikt om vechtkunstsystemen aan te duiden die met China verband hebben. Vrij vertaald betekent ‘kempo’ zoveel als ‘weg of wet van de vuist’ of wel ‘vuistmethode’. In Japans karakterschrift zijn er twee karakters nodig om de term ‘kempo’ te schrijven. Het eerste karakter betekent ‘vuist’ en het tweede karakter betekent ‘methode’ of ‘weg’. De Japanner leest deze twee karakters als ‘chuan’ (vuist) en ‘fa’ (methode of weg / wet).
De term ‘kempo’ verwierf door de allereerste gezaghebbende Engelstalige boekwerken in de beginjaren zestig wereldwijde bekendheid. Het eerste ‘martial-arts boekwerk’ (boek omtrent Chinees-Okinawaanse gevechtskunst) dat ooit is verschenen dateert uit 1922. Het is een Japans boekwerk, geschreven door de Okinawaanse onderwijzer Gichin Funakoshi (1868-1957), de grondlegger van het nu bekende shotokan-karate), en het draagt de titel ‘Ryukyu Kempo Toudijutsu’ (Tou verwijst naar het Chinese Tau, hetwelk doelt op ‘De Weg’ in spirituele betekenis en ‘di’ verwijst naar ‘ti’ of ‘te’ hetgeen zoveel als ‘hand’ betekent). In de periode 1963 tot en met 1970 verschenen er Engelstalige publicaties van o.a. Ed Parker, Masutatsu Oyama, Gogen Yamaguchi, Robert Smith, Donn F. Draeger en Doshin So , waarin de term ‘kempo’ werd gebruikt als verwijzing naar Chinese vechtkunsten. Veelal wordt de Japanse term ‘kempo’ in het Engels vertaald als ‘Chinese Boxing’.
Het verband met China kan wanneer men de term ‘kempo’ gebruikt, nogal ruim worden gezien en ingevuld.
Er zijn talrijke legenden en verhalen in omloop met betrekking tot het ontstaan en de bron van de krijgskunst tradities. Zo is er een bekend Chinees gezegde dat luidt: ‘Alle vechtkunsten onder de hemel vinden hun oorsprong in de Shaolin Tempel’. Hiermede wordt verwezen naar de Shaolin Tempel die in 495 n.Chr. werd gebouwd aan de voet van de westelijke hellingen van het Songshan gebergte dat gelegen is in Centraal China, in het district Denfeng in de provincie Honan.
De Shaolin Tempel heeft een stempel gedrukt op het oosterse denken. De stichting en de verspreiding van het Ch’an of Zen Boeddhisme heeft zijn bakermat in de Shaolin Tempel, ook wel genoemd Shaolin Klooster.
Het eerder genoemde Chinese gezegde bevat een kern van waarheid maar is ook wat overdreven. Dat alle vechtkunstsystemen voortkomen uit de traditie van één Tempel is een iets te eenvoudige voorstelling van zaken. Een autoriteit op het gebied van de vechtkunsten, Robert W. Smith, maakt in zijn boek ‘Aziatische Vechtkunsten’, geschreven samen met Donn F. Draeger in 1975, een voorzichtige schatting van het aantal Chinese vechtkunststromingen. Hij inventariseert er minimaal 400. Enkele voorbeelden van bekende vechtkunststromingen die de term ‘kempo’ gebruiken om hun stijlrichting aan te geven zijn o.a. Shorinji Kempo, Nippon Kempo, Okinawa Kempo, Inyo Ryu Kempo, Tai-Ki Kempo, Ed Parkers Kempo en Ryukyu Toudijutsu Kempo.